Het verschil tussen fietswielen
Net als bij de keuze voor je banden speelt ook bij de keuze voor je fietswielen de ondergrond waarop je gaat fietsen een grote rol. Natuurlijk maak je bij wielen voor bijvoorbeeld je racefiets al een keuze voor een verharde ondergrond, maar toch zijn ook daarin weer verschillende keuzes te maken voor een bepaald wiel.
Fietswielen voor de racefiets
Racefietswielen zijn vooral gemaakt voor snelheid, waarbij je kunt kiezen voor een wiel dat meer aerodynamisch is of een wiel dat vooral erg licht is. Aerodynamische wielen zijn over het algemeen zwaarder en stijver, maar zijn heel geschikt voor snelle ritten op vlak en glad asfalt. Omdat dit type wielen zo min mogelijk luchtweerstand moeten hebben, zijn de velgen meestal hoger en (iets) breder. Ga je een triatlon of tijdrit rijden, dan kun je zelfs kiezen voor een volledig dicht wiel. Houd daarbij wel rekening met de wind: hoge velgen zijn namelijk al gevoelig voor zijwind, maar bij een dicht wiel zul je dit zeker merken.
Ga je daarentegen de bergen in en wil je zo min mogelijk gewicht mee naar boven slepen, dan wil je liever een zo licht mogelijke en comfortabele wielset. Omdat deze fietswielen meestal een lagere, maar bredere velg hebben, blijft het gewicht laag maar heb je meer comfort en grip. Op een bredere velg kun je namelijk ook een bredere band monteren, waardoor je meer grip hebt en meer comfort zult ervaren. Bij racefietswielen is de keuze van 28 mm banden ten opzichte van de traditionele 23 mm al een wereld van verschil, maar bij gravel- en mountainbikes is de hogere mate van grip en comfort van een brede banden nog veel beter te zien.
Fietswielen voor de gravelbike
Daarnaast zorgt de bredere velg van een specifiek gravelbikewiel door het grotere grondcontactoppervlak van de bredere fietsband voor meer stabiliteit. En zijn gravelbikewielen gebouwd om onverhard en ruig terrein te doorstaan, waardoor ze langer meegaan dan wanneer je een setje racefietswielen in je gravelbike monteert.
Fietswielen voor de mountainbike
Mountainbike wielen gaan wat dat betreft nog net een stap verder. Omdat een mountainbike meer klappen op moet vangen dan een gravelbike, moeten mountainbike wielen nog net een stap steviger zijn dan gravelbikewielen. Het nadeel is wel dat mountainbike wielen dan wel weer een stukje zwaarder zijn. Daarnaast zijn ook de velgen van een fietswiel voor de mountainbike, vanwege de brede banden die er in moeten passen, een stuk breder.
Bij mountainbikes kun je echter niet alleen kiezen voor verschillende breedtes van de fietswielen, ook in de doorsnede heb je verschillende varianten: 26, 27,5 of 29 inch. Hoe groter het wiel dat je hierbij kiest, hoe stabieler en makkelijker het wiel over ruig terrein rolt. Ten opzichte van een 29 inch wiel, ben je met een 26 inch wiel dan weer een stuk wendbaarder. Een 27,5 inch wiel zit daar dan weer precies tussenin en zie je vooral terug bij downhill mountainbikers (vaak in combinatie met een 29 inch voorwiel).
Carbon of aluminium fietswielen?
Als je de keuze voor een bepaalde wielbreedte hebt gekozen, sta je voor het volgende dilemma: wordt het een carbon of een aluminium wielset? Bij deze keuze kun je het beste als eerste kijken naar je budget en je fietsskills. Carbon wielen zijn namelijk flink duurder dan aluminium wielen, en zijn een stuk kwetsbaarder. Ben je dus een beginnende gravel- of mountainbike en is de kans groot dat je zo af en toe een steen of boomstronk raakt? Dan kun je beter eerst een aluminium wielset aanschaffen en later, als je wat meer gevorderd bent, overstappen op een carbon wielset.
Aluminium fietswielen zijn alleen wel een stuk zwaarder en minder stijf dan carbon wielen. Ben je, bijvoorbeeld voor je racefiets, op zoek naar wielen die lekker licht zijn, en waarmee je dankzij de stijfheid ervan meer controle en een bredere wegligging hebt? Dan zijn carbonwielen juist wat voor jou. Die stijfheid van carbonwielen zorgt er echter wel voor dat het comfort van de wielen minder wordt, en dat is met name voor gravel- en mountainbiken iets om rekening mee te houden. Check trouwens ook of je fiets voorzien is van een schijf- of velgremsysteem. Bij carbonwielen werkt een velgremsysteem namelijk minder goed, en kan het carbon bij lange afdalingen waarin je veel moet remmen oververhit raken. Heeft je fiets een schrijfremsysteem, dan heb je daar gelukkig geen last van.
Ga je voor hoge of lage velgen?
De keuze voor hoge of lage velgen gaat eigenlijk vooral op voor racefietswielen, waarbij het draait om lichtgewicht of juist aerodynamica. Omdat de luchtstromen door een hoge velg beter geleid worden, heb je minder luchtweerstand en kun je sneller fietsen. Maar aan een hoge velgen kleven ook nadelen. Zo hebben ze een hoger gewicht dan lage velgen. En zijn ze een stuk windgevoeliger, waardoor fietsen met een fikse zijwind een behoorlijke uitdaging kan worden.
De tijdwinst van fietswielen met hoge velgen ga je vooral pakken op lange vlakke stukken of tijdens een flinke afdaling. Fiets je dus vooral in Nederland, en dan vooral in het vlakke deel van ons land, dan kunnen hoge velgen een goede keuze zijn. Houd je er echter van om te klimmen en ben je regelmatig in Limburg, een van de heuvelachtige gebieden in ons land, of de bergen te vinden? Dan wil je tijdens het bergop rijden natuurlijk niet gehinderd worden door extra gewicht en zijn wielen met een lage velg geschikter voor jou. Voor een lage velg is namelijk minder materiaal nodig, waardoor deze een stuk lichter zijn dan voor een hoge velg.
Tubeless fietswielen: wel of niet?
Tot slot kun je dan nog kiezen voor een tubeless fietswiel of een normale velg. Tubeless betekent zoveel als het rijden zonder binnenband (de tube). Het voordeel daarvan is dat een tubeless wiel – juist door het ontbreken van de binnenband – gewicht bespaard, er minder rolweerstand is en je met een lagere rolweerstand kunt rijden omdat stootlekken verleden tijd zijn. Daarnaast zorgt het latex dat in je band zit ervoor dat kleine gaatjes automatisch gedicht worden, zonder dat je daarvoor hoeft te stoppen.
Het nadeel van tubeless velgen is dat de banden daarvoor een stuk duurder en een stuk lastiger te monteren zijn dan de variant met binnenband. Daarnaast ben je niet helemaal binnenbandvrij, want als je lek rijdt en het gat is groter dan 3 mm (en een plug aanbrengen helpt niet), dan ben je alsnog aangewezen op een binnenband.